Praktijk reflectie
Tijdens mijn stage was er een moment waarop een kind begeleidster en tevens mijn stagementor, Nele, me en zei dat ik moest leren de grens te trekken tussen vrienden zijn met de kinderen en de begeleidster zijn. Dat ik niet te veel mag mee gaan in de emoties van de kinderen, zeker bij Ruune. Nele vindt dat zij kan overdrijven en op die manier profiteert.
Deze feedback raakte me. Er zijn twee dingen die ik wil onderzoeken, ten eerste: wat maakt dat ik zo nood had om dieper te graven bij Ruune? Anderzijds wens ik te onderzoeken waarom die feedback van Nele me raakte en ik het zo negatief opnam. Hoe komt het dat ik dit zo heftig ervaarde en kwaad werd om wat Nele me zei. Waarschijnlijk om dat het emotie bij me uitlokte en dat ik haar feedback geïnterpreteerd heb zoals ik dat dacht. Haar feedback is ook vrij te interpreteren vind ik.
Tijdens een activiteit was Ruune, een meisje van 7, plots gaan huilen en had ze zich afgezonderd van de groep. Ze was alleen op een bankje gaan zitten. Armen stevig gekruist en haar hoofd naar beneden. Ik ging bij haar zitten en ik voelde de behoefte om te troosten. Ik vroeg haar in eerste instantie of ze het ok vond dat ik naast haar ging zitten, dat vond ze ok. Dan vroeg ik of ze me misschien wou vertellen wat er gebeurd was of waarom ze aan het huilen was. Eerst vertelde ze me al snikkend en huilend wat er was gebeurd tijdens de activiteit, ik probeerde verder vragen te stellen en zo kwam er eigenlijk heel wat naar boven, ze vertelde over dat ze geen papa had, dat haar mama ruzie had met haar pepe, dat haar tante boos was en dat haar pepe hen uit het huis had gestuurd en dat ze geen vriendinnen had. Dit moment duurde lang, ik gaf haar veel tijd en ruimte en liet haar alles vertellen en deed er alles aan om haar tot rust te laten komen en hoopte dat ze me in vertrouwen kon nemen. Nele kwam toen langs en vroeg me om terug bij de groep te komen. Ruune was hier niet klaar voor ( ik veronderstelde dit omdat ze nog aan het snikken en aan het vertellen was). Nele zei dat Ruune gerust mocht aansluiten als ze dat zelf wou maar dat ik nu wel moest meekomen. Ik gaf haar een knuffel en herhaalde wat Nele zei: “ neem je tijd en als je er klaar voor bent kom gerust tot bij ons”.
Na dat alle kindjes werden opgehaald en ik bezig was met vegen en opruimen sprak Nele me aan.
Ze vond dat ik te veel aandacht had gegeven aan Ruune, dat Ruune dit niet mag gewoon worden en net zoals andere kinderen moet behandeld worden. Ze raadde me aan goed de grens te bewaken tegenover de kinderen en dat ik nog steeds een begeleidster ben en niet hun vriendin.
Ik haal zelf veel voldoening uit het luisteren naar kinderen, hen ruimte wil geven om te kunnen ontladen en daarom was ik dan ook verbaasd en had ik dit echt niet verwacht om als feedback te krijgen. Ik voelde dat ik er te snel van uit ging dat anderen, meer bepaald Nele en Ruune, dit ook zo ervaren en even belangrijk vinden als ik.
Maakte ik het meer beladen dan dat nodig was? Ik voelde toch dat Ruune nood had aan ontladen? Of was dat mijn interpretatie? Ze bleef maar praten en ik voelde dat ik enkel kon luisteren en aanwezig zijn. Ik voelde me zo energiek en enthousiast, helemaal in mijn element omdat ik haar nabijheid kon geven, dat voelde voor mij als nabijheid en troost. Wanneer ik daaraan terug denk besef ik dat ik me niet bewust was van mijn eigen intern kader waardoor ik deels gestuurd werd. Ik handelde als volwassene die terug keek op haar belevenis als kind en wat ik zo hard nodig had; nabijheid en troost.
Ik had het gevoel dat ik haar respecteerde en wou haar dat laten voelen door fysiek niet te dicht te komen, door te vragen of het ok was als ik bij haar kwam. Achteraf was ik precies voldaan, precies of ik had iets goed gedaan en mijn hartje kreeg het warm. Opnieuw: ik ben opgevoed op een manier waar ik geen nabijheid kende wanneer ik verdriet had of wanneer ik me niet lekker voelde. Ik werd niet getroost en had geleerd deze nood niet te voelen.
Nadien toen Nele me aansprak was ik boos, ik ervaarde de feedback als kritiek en was verbaasd toen ze dit benoemde. Ik wilde Ruune gewoon laten voelen dat je emoties delen mag, en dat ze nog steeds geliefd zou zijn als ze zich minder goed voelde, ik wilde haar laten voelen dat ze niet altijd de lachende vrolijke Ruune moet zijn. Het maakte me dus best wel verdrietig wat Nele zei omdat ik dacht dat wat ik deed juist super goed zou zijn voor Ruune. Na verdriet kwam de teleurstelling, ik was teleurgesteld in mezelf.
Ik heb mijn eigen gevoel gevolgd. Door dit te doen en door te handelen naar dit kreeg ik feedback dat averechts staat op dit gevoel. Nele en ik hebben een andere visie op nabijheid en troost en dit besef maakte me triest. Ik twijfelde aan mezelf. Moet troost en nabijheid niet altijd gegeven worden? Voelde ik de nood van Ruune verkeerd aan? Maakte ik het niet te beladen en laat ik, zoals Nele zegt, van me profiteren?
Het kan zijn dat Nele en ik wel gemeenschappelijke punten hebben van hoe we in het ouderschap staan. Maar op dat moment handelde Nele niet als mama maar als begeleidster en dat kan ik nu pas zien.
Misschien wou Ruune inderdaad aandacht en had ze nood om even haar hartje te luchten en werd het spel haar teveel. Zou het kunnen dat Ruune niemand anders heeft om zulke beladen zaken tegen te vertellen? Misschien, dat weet ik niet, misschien vond ze het eigenlijk niet fijn dat ik zo veel vragen stelde maar wist ze niet hoe haar grens aan te geven, misschien wou ze gewoon even alleen zijn en wist ze niet meteen hoe ze zich voelde en was dat vreemd wanneer ik probeerde haar te laten benoemen wat ze voelde. Misschien was dit voor Ruune nadien nog lastiger en had ze eerder nood aan iets anders? Misschien voelde ze een bepaalde druk van mij om iets te delen? Ik vrees dat dit moment zo emotioneel beladen was dat ze in de toekomst niet meer naar me zal willen toestappen. Net omdat ik het zo groot maak. Anderzijds zou het ook kunnen dat Ruune het fijn vond dat ik even luisterde en hd ze geen oplossingen nodig maar een luisterend oor.
Misschien was Nele bezorgd om mij, dat ik voor mezelf de emotionele grens moet bewaken zodat ik er niet onder door ga. Misschien herkende ze dit wel uit haar eigen ervaring of misschien is er een specifieke achtergrond van Ruune waar ik niet van op de hoogte ben. Tenslotte kent zij de kinderen al jaren. Ik denk dat Nele het goed voor heeft met me en dit met de beste bedoelingen zei, ik voelde dat zij niet wist welke impact dit op mij had. Het leek me alsof dit voor haar een simpele feedback was alsof men zou zeggen;” je wast je handen beter niet met kokend water want dan ga je je verbranden”. Zou het kunnen dat ze vond dat dit niet mijn plek was? Misschien was ze bezorgd om Ruune of misschien vond dat ik te dicht bij haar kwam? Misschien wou ze dat ik haar hielp bij het toezicht over de andere kinderen en vond ze het niet fijn dat ik haar alleen liet? Misschien was ze teleurgesteld in me omdat ik haar niet begreep en het eerder persoonlijk opnam?
Ik zie dit nu als een groeipunt voor mezelf. Hoewel ik het rationeel weet en de theorie kan, merk ik dat dit voor mij iets heel comfortabel is en natuurlijk, om de zaken te bekijken vanuit mijn persoonlijke bril. Ik wil naar de toekomsttoe meer inzetten op me bewust worden van mijn intern kader en hoe ik me daar van kan los maken om de dingen te zien hoe ze werkelijk zijn, zonder ze subjectief te interpreteren.
Misschien vonden de andere kinderen het wel vreemd dat ik apart was gaan zitten met Ruune, zouden ze zich afvragen wat er aan de hand was, zou hen dit onzeker maken? Misschien vonden ze dat niet fijn omdat we onze activiteit niet konden verder zetten me mij en omdat ik niet verder ging spelen met hen? Misschien wouden ze wel dat ik hen nadien zou vertellen wat er aan de hand was en misschien vond Ruune het niet fijn dat iedereen naar haar zat te kijken net omdat ik bij haar was komen zitten. Ik was me niet bewust dat mijn gedrag een impact zou hebben op mijn omgeving. Ik kon de andere kinderen niet zien op dat moment, is het daarom dat ik er niet bij na dacht hoe dat bij hen zou overkomen?
Opnieuw een groeipunt voor mezelf. Ook al zie ik de andere niet, het kan nog steeds een impact hebben, ik mag andere brillen niet vergeten. Ik wil proberen om ruimer te kijken.
Door de jaren heen heb ik beseft dat ik zelf als kind heel weinig ruimte heb gekregen om emoties te laten zijn. Daarom voelde ik de nood om die ruimte wél te kunnen geven aan Ruune. Als kind stond ik daar niet bij stil maar heb dit later als volwassene heel vaak als de oorzaak gezien van mijn psychische problemen. Ik ervaarde heel lang woede en schuld naar mijn moeder toe. Ik heb dit kunnen plaatsen en voor mezelf uitgemaakt dat het me gemaakt heeft tot wie ik ben en dat ik misschien net daardoor in staat ben om emotioneel dicht te staan bij iemand, empathisch en zorgend te zijn. Ik kreeg mee dat het omgekeerde (=hard en kil, sterk en niet huilen!) normaal was. Toen ik voor het eerst mama werd ervaarde ik echter een drang om veel nabijheid te bieden aan mijn kindje, ik maakte bijvoorbeeld beloftes aan mijn pasgeborene en fluisterde zachtjes in haar oor dat ik er altijd zou zijn! Ik besef ook dat dit mijn valkuil kan zijn als ik erin zou doorschieten. Er werd bij ons thuis nooit gepraat over gevoelens en hoe ik daar mee moest omgaan. Ik ervaar dit als een gemis en dit heeft me heel wat werk gekost om dit als volwassene wél te doen omdat dit zo belangrijk is in mijn leven in relatie tot de andere. Misschien wil ik het daarom extra doen voor andere kinderen, misschien komt dit omdat ik niet wil dat zij later zouden botsen zoals ik dat deed?
Ik merk dat ik tot op vandaag het nog heel moeilijk heb met emoties te tonen die vaak als negatief worden bestempeld, zoals slecht gezind lopen, gelaten voelen, mijn hoofd zit wat vol of ik heb zorgen, ik heb dit altijd steeds weggestoken achter mijn glimlach en enthousiasme, en dat doe ik nog steeds, omdat ik merk dat mensen het fijn vinden dat ik altijd positief lijk en lach. Het is een comfortabele positie voor mezelf. Het is voor mij zeer moeilijk eerlijk te zijn wanneer ik me minder voel? Waarom? Misschien omdat ik bang ben dat ze me een aansteller gaan vinden? Ik denk vaak dat iedereen zijn eigen rugzakje heeft en er geen boodschap aan heeft om mijn minder fijne gevoelens te horen of naar me te luisteren. Misschien omdat ik merk dat ik dat zelf soms vervelend vind als iemand heel vaak ontevreden is klaagt of zich blijft wentelen in die negatieve spiraal, ik heb schrik denk ik om dat te zijn; iemand die zich wentelt in zelfmedelijden en er blind voor zal worden zodat ik me er niet meer bewust van ben, dat mijn omgeving slecht over me zal praten, dat ze me niet meer leuk zullen gaan vinden,…
Dus ik begrijp nu wel waarom die feedback zo fel binnenkwam bij me, het voelde als datgene waar ik schrik van had. Ik kan daar moeilijk mee om merk ik dus dit is echt iets waar ik me verder wil. Stel dat ik vandaag opnieuw die feedback zou krijgen dan zou ik in eerste instantie vragen gaan stellen om te begrijpen wat ze precies bedoelt om de boodschap echt te kunnen begrijpen en te vermijden dat ik zelf conclusies neem.
Ik zou vandaag niet meer op die manier omgaan met Ruune. Ik denk dat het feit dat ik me ervan bewust ben , me de kans kan geven het anders te bekijken, vooral door naar de andere perspectieven te kijken. Het betekent voor mij de balans vinden tussen nog steeds sensitief responsief te reageren naar kinderen toe maar niet vanuit mijn gekwetste kind maar eerder als professional.
Ik ben dankbaar voor het feit dat we bewust leren stilstaan bij deze zaken en leren hoe we aan zelfinzicht komen, hoe dit mijn persoonlijke ontwikkeling doet groeien.
Mijn doel is om te werken aan de bovengenoemde groeipunten en daarbij mijn talenten te proberen combineren.
Maak jouw eigen website met JouwWeb