Referentiekader

Ik heb hierbij een kleine tekening gemaakt. Ik maakte een foto en plaatste hem hieronder. Dit toont eigenlijk dat er heel veel mensen mee bouwen aan hoe jij als kind in het leven staat. Iedereen bouwt mee en legt een bepalde steen. In de tekening staat het kind bovenaan. De andere figuren leggen stenen, soms stevige en ondersteunende, soms gebroken stenen of op een manier waardoor een bepaald deel wankel staat. Dit wou ik hiermee weergeven.

Top 3 kwaliteiten voor mij die een goede opvoeder moeten hebben zijn enerzijds empathie, zich in de plaats kunnen stellen van een ander, er zich van bewust zijn hoe dit voor een kind moet aanvoelen en daar aandacht voor hebben, aandacht voor hoe het kind alles beleeft en waarneemt, en er ook van bewust zijn dat dit bij elk kind anders zal zijn, dat elk kind uniek is
Als tweede elk kind in zijn uniciteit te laten zijn, dat anders zijn helemaal normaal is, en dit te stimuleren. Verder moet een begeleider veiligheid bieden, zowel in de omgeving, daarmee bedoel ik waar het kind verblijft, of waar je met het kind in gesprek gaat, de ruimte op zich moet veiligheid bieden én het kind moet je kunnen vertrouwen, als je iets belooft dan hou je je aan die belofte, dus geen beloftes maken die je niet kan behouden. Een laatste belangrijke eigenschap is liefdevolle grenzen kunnen aangeven. Grenzen die authentiek zijn en onderbouwd zijn. Die op een sensitief responsieve manier kunnen besproken worden.

Een ouder tot een goede ouder? Door eerst goed voor zichzelf te zorgen zodanig dat hij of zijn er 100% kan zijn om de noden en behoeften van het kind voorop te stellen. Het welzijn van je kind komt altijd op de eerste plaats. Daarnaast is liefde geven en er fysiek en emotioneel gewoon zijn zeer belangrijk! Zodat je kind weet en voelt dat je nooit zal weggaan, dat je kind fouten mag maken, ook dan zal je er altijd zijn.  Ik ben  ervan overtuigd dat elke ouder sowieso intrinsiek het beste wil voor zijn of haar kind. ‘Het beste’ verschilt van ouder tot ouder, het is relatief.
Als ouder moet je wel naar jezelf durven kijken en in vraag stellen wat je doet en op welke manier en welke impact heeft dit op mijn kind en op mezelf. Het is denk ik gemakkelijk om door het leven te gaan en jezelf niet in vraag te stellen, overtuigd te blijven van je gelijk.

Je blijft onbewust onbekwaam.

Een pedagogisch professional moet zich al bewust zijn van zijn of haar eigen referentiekader alvorens naar een andere opvoedsituatie te kunnen kijken en daarin te kunnen ondersteunen, zich bewust zijn dat zijn of haar visie/ kijk, gekleurd is door de rugzak die men draagt. Men moet de situatie los zien van je eigen deel/verleden/ervaringen. Emotioneel gezien dan toch, anderzijds zijn het net die ervaringen die je daarin ook kunnen helpen. Het is dus de juiste balans vinden en je niet laten leiden door je eigen verleden. 

Verantwoordelijkheid van de opvoeding ligt in eerste instantie bij de ouders of voogd voor mezelf. Zij voorzien in de basis behoeften, liefde, een dak boven het hoofd, gezonde voeding en ruimte voor het kind om zich te ontplooien. Het is ook aan hen af te stemmen met de school, tenslotte brengen kinderen heel veel tijd door op school. Het is belangrijk als ouder op de hoogte te zijn van de visie van de schol, je kind te leren kennen terwijl het opgroeit en mee te groeien daarin. Iedereen die in een pedagogische functie zit draagt een steentje bij en draagt een deel verantwoordelijkheid bij de opvoeding van elk kind.

Een rolverdeling in de opvoeding vind ik eerder als hokjes denken. Al denk ik dat het voor het kind wel duidelijk moet zijn bij wie hij voor wat terecht kan. Een vertrouwenspersoon, een mama, een papa, vrienden van de ouders, een leerkracht, familie. Iedereen uit de omgeving van het kind heeft een invloed op de opvoeding van het kind. Het is belangrijk dat iedereen zich daar van bewust is. De volwassenen dan toch alvast.

De meest evidente zaken die volgens mij bijdragen tot een positief opvoedingsklimaat zijn opnieuw vertrouwen, veiligheid en nabijheid, Emotionele zorg en basisbehoeften zoals een dak boven het hoofd (ruimte waar men zich veilig voelt en zijn eigen plekje kan hebben), gezonde voeding en sociaal contact maar ook grenzen. Kinderen kunnen op jonge leeftijd nog niet lange termijn denken dus daarom is het belangrijk dat er grenzen zijn die hen beschermen en begeleiden.

Ik zelf heb sinds mijn geboorte samen geleefd met mijn oudere broer , vader en moeder in een sociale woonwijk. Op mijn 6e gingen mijn ouders scheiden en verhuisde mijn broer naar mijn vader. Ik bleef bij mijn moeder. Mijn mama was zeer vaak afwezig, ik was vaak getuige van alcohol misbruik en medicatie misbruik. Ik voelde me hierdoor heel vaak anders dan mijn leeftijdsgenoten. Mijn moeder kon het op dat moment niet opbrengen er te zijn voor me, emotioneel niet en fysiek ook niet.  Ik had nooit eten mee naar school, er was geen geld voor kledij, een bril die ik zo hard nodig had, schoolboeken konden niet betaald worden,… Dit maakte me heel erg onzeker. Ik skipte vaak school, begon al op zeer jonge leeftijd alcohol te drinken en te experimenteren met soft drugs. Ik had geen grenzen gekregen en moest voor mezelf zorgen.
Ik had vaak sombere gedachten en had het gevoel dat alles mijn schuld was, dat ik een slechte dochter was en dat mocht ik beter en liever geweest zijn, dan was mijn mama misschien wél fier op me en zou ze vaker thuis zijn.

Met mijn papa had ik enkel contact tijdens het bezoekrecht, tot ik op mijn 12de besloten had niet meer op bezoek te gaan. Hij had ondertussen een nieuw gezin en twee nieuwe zonen, ik voelde dat ik er niet bij hoorde.

Deze situatie bleef doorgaan tot ik het huis verlaten heb op mijn 17e.

Dit stukje van mijn verleden heb ik al eens proberen te bespreken met mijn mama. Maar dat leverde alleen maar teleurstelling op bij mezelf, ik was teleurgesteld dat ze het niet kon zien hoe dat voor mij voelde op dat moment. Dus ik heb besloten dit met mijn therapeute te bespreken.  Dit heeft me geleerd op mijn plaats te blijven staan en me niet boven mijn mama te gaan plaatsen. Daardoor kon ik ook mijn verwachtingen aanpassen en mijn mama zien als een meisje die een vrouw werd en die dan mama werd.

Vaak komt er tijdens een sessie zaken naar boven die we wel kunnen linken aan mijn opvoeding, over hoe ik nu helemaal anders in het moederschap sta, het tegenovergestelde van mijn mama wil, en daarom soms over beschermend ben naar mijn kinderen toe.

Met als valkuil te verstikkend te zijn. Daar moet ik alert voor blijven, dat ik mijn innerlijk kind een stem kan geven en me bewust mag zijn van die kleine Melanie.

Vreemd te beseffen dat ik soms onbewust met mijn dochter omga zoals ik wou dat er met mij werd omgegaan vroeger. Maar dan moet ik goed beseffen dat mijn dochter anders is, de context is anders, zij is anders. 

Dergelijke gesprekken zijn altijd zeer emotioneel beladen voor mij, het raakt me zo dat ik er vaak verdrietig van word en dikwijls huil ik dan ook. Vanwaar dat verdriet precies komt en waarom me dat verdrietig maakt moet ik nog verder durven onderzoeken. Daar ga ik sowieso de komende maanden en jaren aan blijven werken en hopelijk brengt het me nog meer inzichten om verder te kunnen groeien.

Het is duidelijk dat mijn waarden en normen enorm verschillen tegen over wat ik zelf heb meegekregen of heb gezien toen ik opgroeide.

Ik ben zeer blij en ook best wel fier dat ik emotionele nabijheid, veiligheid en vertrouwen kan geven, dat mijn kinderen voelen dat ze bij me terecht kunnen en dat ze niets te kort komen. Ik ben dankbaar voor de opvoeding die ik gekregen heb want ze maakten me tot wie ik vandaag ben en leerden me niets van zelfsprekend te vinden.